Speijer
Dat op dit pand ooit een muurschildering zat was dankzij oude foto's al jaren bekend. Het duurde tot 2014 voor was ontrafeld wie de betreffende winkelier was.Op een foto uit ca. 1920 waren onder andere de woorden 'bedden, dekens' en 'Dames- Heeren- en Kinderkleeding' leesbaar. Op basis van oude advertenties zocht Stefan Elsinga uit welke naburige winkeliers dit soort artikelen destijds in hun assortiment hadden. Zou het het mantelmagazijn van de firma T. Stind zijn geweest, gespecialiseerd in bedden en dekens, in 'springveerenmatrassen', wiegen en ledikanten? Stind verkocht bovendien de bekende 'Bengers ondergoederen', van de tricotagefabrikant Wilhelm Benger uit Stuttgart. Deze vervaardigde zuiver wollen ondergoed, omdat dat een heilzame uitwerking zou hebben op de doorbloeding van de huid. Benger had het patent hiervoor gekregen van zoöloog en hygiënist dr. Gustave Jaeger (1832-1916), die betoogde dat de mens van dierlijke oorsprong is en zich daarom uitsluitend moest kleden met producten van dierlijke afkomst. Het hoofddepot van Benger zat in de Kalverstraat in Amsterdam, maar via de firma Stind drong het grauwe Jaeger ondergoed dus zelfs tot Harlingen door.
Een andere optie zou kleermaker F. van der Moolen kunnen zijn, die er een 'magazijn' met manufacturen, mantels, bedden en dekens, vitrages, wollen gordijnstoffen, tafelkleeden, Heeren-Confectie en Heerenkleeding naar maat' op nahield. Hier werd ook 'een groote keuze stoffen gaarne per ellemaat verkocht'.
Op de Voorstraat huisde Elkan Pais Rzn, die adverteerde met manufacturen, bedden, dekens, carpetten en lopers. Datzelfde deed de firma A. Heeger, die bovendien matrassen, ledikanten, wiegen en ruststoelen in de aanbieding had, 'steeds soliede en goedkoop'. Andere kandidaten waren nog H. & B. Flottow, met vestigingen ook in Leeuwarden en Bolsward, en de Gebroeders Voss, die op Grote Bredeplaats 8 een 'Magazijn van elegante dames-, heren- en kinderkleding' hadden (later kledinghuis Oosterhoff). De broers beloofden in hun advertenties 'het besten voor den laagsten prijs!' en mochten zelfs de 'Zeer Eerwaarde Heer Pastoor' tot hun clientèle rekenen.
In het 'Vloeiboek voor Harlingen' uit 1927, destijds 'Aangeboden door de N.V. Boek- en Muziekhandel v.h. A. Land Ezn.' werd uiteindelijk een advertentie gevonden van de firma A.E. (Aron) Speijer, Zuiderhaven 17 (nu Piet Karsten) – op een steenworp afstand van de schildering dus. De tekst van de advertentie en die van de foto kwamen zoveel overeen, dat de muurreclame met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid aan de firma Speijer toegeschreven kan worden. Uit deze advertentie nam decoratieschilder Klaes Posthuma het schip en het decoratieve motiefje voor de schildering over.